Hoe werkt LTV en hoe wordt het berekend?
Wat betekent LTV en hoe reken je het uit?
LTV, oftewel Loan-to-Value, geeft aan welk deel van je woning je hebt gefinancierd met een lening. Het is simpel gezegd de verhouding tussen je totale hypotheek en de waarde van je huis. Stel, je hebt een LTV van 60%. Dan heb je 60% van je woning geleend en is 40% met eigen geld betaald. Dat biedt een mooie buffer als de huizenprijzen dalen. Heb je een LTV van 90%? Dan heb je slechts 10% eigen geld in je huis en dus minder speling. Bij een LTV van 100% heb je alles geleend; daalt de waarde, dan ontstaat direct een restschuld.
In de onderstaande tabel zie je hoe het aandeel eigen geld en geleend geld eruitziet bij verschillende LTV-percentages:
| LTV |
Geleend |
Eigen geld |
| 60% |
60% |
40% |
| 90% |
90% |
10% |
| 100% |
100% |
0% |
Zo bereken je je LTV
Wil je zelf je LTV berekenen? Dat is eenvoudig. Volg deze stappen:
- Deel je totale hypotheekschuld door de waarde van je woning en vermenigvuldig dit met 100. Zo krijg je het percentage.
- Stel: je huis is €400.000 waard en je schuld is €360.000 (inclusief een bouwdepot van €20.000). Dan is je LTV 90%.
- Gebruik je €15.000 uit het depot voor een verbouwing? Je schuld blijft €360.000, dus je LTV blijft 90%.
- Alleen als je ongebruikt geld uit het depot gebruikt om af te lossen, daalt je schuld en dus je LTV.
- Reken altijd met twee decimalen om afrondingsfouten te voorkomen.
Wat hoort bij je hypotheekschuld?
Voor de LTV telt alles mee wat aan je huis is verbonden. Denk aan:
- je eerste hypotheek
- een eventuele tweede hypotheek
- aflossingsvrije delen
- bouw- of verbouwingsdepots
- achtergestelde leningen met hypotheekrecht
- bijgeschreven bouwrente
Het volledige bedrag in je bouw- of verbouwingsdepot telt mee, ook als je het nog niet hebt besteed. Andere leningen, zoals een persoonlijke lening of creditcard, tellen niet mee. Ook afspraken over leningen die nog niet bij de notaris zijn geregeld, blijven buiten beschouwing.
Hoe wordt de waarde van je woning bepaald?
De waarde van je huis wordt vastgesteld met een officiële taxatie. Bij bestaande woningen is dat meestal een NWWI-taxatierapport, dat zes maanden geldig is. Je mag niet zomaar uitgaan van de koopprijs of WOZ-waarde, tenzij de bank dit goedkeurt. Bij nieuwbouw geldt tijdens de bouw de grondwaarde plus de aanneemsom. Na oplevering geldt de waarde uit het opleveringsrapport. Ga je verbouwen? Dan wordt getaxeerd op de “waarde na verbouwing”, dus inclusief de geplande verbeteringen.
Verschil tussen je eerste en je huidige LTV
Je eerste LTV wordt vastgesteld als je hypotheek bij de notaris wordt geregeld. Daarna kan je LTV veranderen, bijvoorbeeld door aflossen, waardestijging of -daling van je huis, of als je iets aanpast aan je hypotheek. Los je extra af, valt er geld vrij uit een depot, of stijgt de waarde van je huis? Dan verandert je LTV mee. Wil je weten wat je huidige LTV is? Dan heb je een nieuwe taxatie en een overzicht van je schuld nodig. Dit is handig als je je hypotheek wilt aanpassen of oversluiten.
Wat zijn de regels en grenzen?
De regels waar je je aan moet houden
Hoeveel je mag lenen voor een woning is aan regels gebonden. Je mag niet meer lenen dan een bepaald percentage van de waarde van je huis. Dit percentage geldt bij het afsluiten van je hypotheek. Wordt je huis later meer of minder waard? Daar hoef je dan niets mee te doen. Soms zijn er uitzonderingen, bijvoorbeeld als je je huis energiezuiniger wilt maken of als je je hypotheek oversluit zonder extra geld te lenen.
Je mag tot 100% van de waarde lenen
Je mag maximaal 100% van de waarde van je huis lenen. Dit betekent dat je totale lening, inclusief bouwdepots, niet hoger mag zijn dan de taxatiewaarde of het koopbedrag. De laagste van die twee telt. Stel: je koopt een huis voor €420.000, maar het wordt getaxeerd op €400.000. Dan kun je maximaal €400.000 lenen. Het verschil en de bijkomende kosten betaal je zelf. Zijn koopbedrag en taxatie gelijk? Dan betaal je alleen de extra kosten zelf.
Hieronder zie je een overzicht van de maximale lening en wat je zelf moet betalen als de koopprijs en taxatiewaarde verschillen:
| Koopprijs |
Taxatiewaarde |
Max. lening |
Zelf betalen |
| €420.000 |
€400.000 |
€400.000 |
€20.000 |
| €400.000 |
€400.000 |
€400.000 |
€0 |
Extra lenen voor energiebesparing
Wil je je huis energiezuiniger maken? Dan mag je soms tot 106% van de waarde lenen. Die extra 6% is alleen bedoeld voor energiebesparende maatregelen. Je moet laten zien wat je plannen zijn of offertes aanleveren. Je krijgt dan een speciaal depot voor energie. Het geld wordt alleen uitgekeerd als je aantoont dat je het gebruikt voor verduurzaming. Gebruik je niet alles? Dan wordt het restant gebruikt om je hypotheek af te lossen.
NHG-grens en wat daarbij hoort
Met een hypotheek onder de NHG-grens kun je tot 100% van de waarde van je huis lenen en heb je extra zekerheid. Boven deze grens kun je geen NHG krijgen. De NHG-grens bepaalt hoeveel je maximaal kunt lenen, inclusief de kosten voor NHG zelf. Wil je verbouwen of verduurzamen? Dan moet je aangeven wat je precies gaat doen. Er wordt dan gekeken naar de waarde van je huis na de verbouwing. Soms is een nieuwe taxatie nodig, bijvoorbeeld voor de goedkeuring van je hypotheek.
Uitgaven die je zelf moet betalen
De kosten die je maakt bij het kopen van een huis kun je niet meefinancieren in je hypotheek. Denk aan:
- overdrachtsbelasting
- advieskosten
- taxatie
- notaris
- bouwkundige keuring
- bankgarantie
- verhuiskosten
Deze kosten betaal je uit eigen spaargeld. Ze staan los van de verhouding tussen je lening en de waarde van je huis.