Welke hypotheek past bij jou?

Een hypotheekvorm kiezen hangt vooral af van wat jij belangrijk vindt en hoe jouw situatie is. In dit artikel lees je hoe je de verschillende opties goed met elkaar vergelijkt, waar je op moet letten en wat je keuzes betekenen voor je maandlasten, risico’s en belasting. Zo kun je makkelijker kiezen wat bij jou past en weet je precies waar je aan toe bent.

Foto van Jayden Wassink
Jayden Wassink

Geschreven op 5 september 2025

Samenvatting van het artikel

Het kiezen van een hypotheekvorm vraagt om een goede vergelijking van maandlasten, belastingvoordeel en risico’s. Je kijkt niet alleen naar je huidige situatie, maar ook naar de toekomst. Door vaste gegevens als rente, looptijd en aflossingsschema te gebruiken, krijg je inzicht in de gevolgen van verschillende scenario’s, zoals rentestijging, inkomensdaling of verhuizing. Zo ontdek je welke hypotheekvorm het beste bij jouw wensen en financiële situatie past.

Elke hypotheekvorm heeft eigen kenmerken. De annuïteitenhypotheek biedt vaste maandlasten en geleidelijke aflossing, terwijl de lineaire hypotheek sneller aflost met dalende lasten. De aflossingsvrije hypotheek geeft lage maandlasten, maar je houdt een schuld over. Oudere vormen als spaar- en beleggingshypotheken kun je soms behouden. Je kunt ook verschillende vormen combineren, afhankelijk van je behoefte aan zekerheid, flexibiliteit of financiële ruimte. Belastingregels bepalen of je recht hebt op hypotheekrenteaftrek; meestal geldt dit alleen bij annuïtair of lineair aflossen.

Je maandlasten hangen af van de gekozen vorm, rente, looptijd en verhouding tussen lening en woningwaarde. Banken beoordelen hoeveel je kunt lenen op basis van deze factoren en wettelijke regels. Je kunt je hypotheek later aanpassen, bijvoorbeeld door extra af te lossen, over te sluiten of mee te nemen bij verhuizing. Regelmatig je hypotheek evalueren zorgt dat deze blijft aansluiten bij je leven en wensen.

Inhoudsopgave

Zo kies je de hypotheekvorm die bij je past

Een hypotheekvorm kiezen kan behoorlijk lastig zijn. Je wilt natuurlijk duidelijkheid over je situatie. Laten we het stap voor stap samen doornemen. Door verschillende hypotheekvormen te vergelijken op punten als maandlasten, belastingvoordeel en risico’s, krijg je snel overzicht. Je kijkt niet alleen naar nu, maar ook naar hoe het er over 5, 10 of 20 jaar uitziet. Zo ontdek je direct wat het beste bij jou past.

Het systeem werkt met vaste gegevens, zoals de rente bij aanvang, de looptijd, de duur van de rentevaste periode, de verhouding tussen je lening en de waarde van je woning (loan-to-value), de hypotheekrenteaftrek en het aflossingsschema. Op belangrijke momenten krijg je een helder overzicht, waarbij wettelijke regels – zoals de maximale lening van 100% van de woningwaarde – worden meegenomen. Je ziet direct wat er gebeurt in verschillende situaties:

  1. een normale situatie
  2. bij een rentestijging van 2% of 4%
  3. bij een inkomensdaling
  4. bij verhuizing

Uiteindelijk krijg je een overzichtelijke scoretabel en zie je precies welke risico’s je loopt.

Hier draait het om

Deze vergelijking gaat uitsluitend over de keuze tussen hypotheekvormen. Het gaat dus niet om welke bank of verzekeraar het beste is. Het doel is dat je eerlijk en eenvoudig kunt vergelijken, zodat je weet waar je aan toe bent.

Je kijkt naar de kenmerken van de hypotheekvorm zelf: hoe veranderen je maandlasten, welke risico’s loop je bij renteveranderingen en hoe zit het met de belasting? Kosten zoals advies, notaris of energielabel laten we buiten beschouwing. Er zijn vier standaardvoorbeelden:

  1. een starter die 100% van de woningwaarde leent
  2. iemand die doorstroomt met overwaarde
  3. een ZZP’er met wisselend inkomen
  4. iemand met een oudere spaar- of beleggingshypotheek

Voor elk voorbeeld worden ook uitdagende scenario’s doorgerekend, zoals een forse rentestijging of een lager inkomen.

Wat wordt er precies onderzocht

De analyse kijkt uitsluitend naar de gevolgen van de gekozen hypotheekvorm en de bijbehorende belastingregels. Denk aan rente, aflossing, inleg bij beleggingshypotheken, het recht op hypotheekrenteaftrek en hoe je loan-to-value de rente beïnvloedt.

Kosten voor advies, notaris, verzekeringen of onderhoud worden niet meegenomen. Alles wordt eerlijk vergeleken: dezelfde uitgangspunten, dezelfde meetmomenten en neutrale aannames over de toekomst.

Checklist voor elke hypotheekvorm

Elke hypotheekvorm krijgt een beoordeling met een vaste checklist. Je ziet niet alleen de cijfers, maar ook de eigenschappen. De netto maandlasten worden berekend door het belastingvoordeel van de bruto lasten af te trekken. Daarnaast kijk je naar de totale rente en aflossing over de hele looptijd, de belastingsituatie en de risico’s.

Het herfinancieringsrisico hangt af van je loan-to-value bij het aflopen van je rentevaste periode. Flexibiliteit draait om boetevrij aflossen, uitstelmogelijkheden en of je de hypotheek kunt meenemen bij verhuizing. De risico-opslag is afhankelijk van hoe snel je loan-to-value daalt.

De verschillende criteria krijgen een weging:

Criteria Weging (%)
Lasten 40
Risico’s 35
Belasting 15
Flexibiliteit 10

Zo krijg je uiteindelijk een scorekaart met een helder advies.

Welke voorbeelden worden vergeleken

Hieronder vind je een overzicht van de belangrijkste kenmerken en stresstests per voorbeeld:

Voorbeeld Kernkenmerken Stresstests
A Starter, 100% lening, vast inkomen, 30 jaar looptijd 4% rentestijging, 10% inkomensdaling (jaar 3), verhuizing (jaar 8)
B Doorstromer, overwaarde, <100% lening, 25-30 jaar looptijd 15% waardedaling, 2% rentestijging bij verhuizing (jaar 6)
C ZZP’er, wisselend inkomen, 90-100% lening, korte rentevast 30% inkomensdaling (2 jaar), 3% rentestijging na rentevast
D Oude spaar/beleggingshypotheek, 70-90% lening, resterende looptijd 2% rente-daling/stijging, effect op premie/eindkapitaal, verhuizing (jaar 5)

Hypotheekvormen en hoe je ze kunt gebruiken

Dit kun je verwachten

Welke hypotheekvorm bij je past, hangt af van wat jij belangrijk vindt. Wil je vaste maandlasten, snel aflossen of juist meer financiële ruimte? Elke vorm heeft een eigen manier van aflossen, en je kunt ze ook combineren. Soms kun je nog kiezen voor oudere hypotheekvormen, afhankelijk van jouw situatie.

Annuïteitenhypotheek uitgelegd

Met een annuïteitenhypotheek betaal je elke maand hetzelfde brutobedrag. In het begin bestaat dat bedrag vooral uit rente, later los je steeds meer af. Je netto maandlast wordt na verloop van tijd stabieler omdat het rentedeel kleiner wordt. Deze vorm is geschikt als je zekerheid wilt over je maandlasten en een vast inkomen hebt. Je bouwt je schuld geleidelijk af, dus dit past goed als je lang in je huis wilt blijven wonen. Wil je juist snel aflossen of in het begin lagere lasten? Dan is dit minder geschikt.

Lineaire hypotheek in het kort

Bij een lineaire hypotheek los je elke maand een vast bedrag af. Je maandlasten dalen steeds verder, omdat je schuld kleiner wordt en je dus minder rente betaalt. Je bouwt snel vermogen op en je schuld neemt snel af. Dit past bij je als je het niet erg vindt om in het begin wat meer te betalen en snel van je hypotheek af wilt zijn. Heb je in de eerste jaren een krap budget of wil je liever stabiele lasten? Dan is deze vorm minder handig.

Hoe werkt een (beperkt) aflossingsvrije hypotheek?

Met een aflossingsvrije hypotheek betaal je alleen rente en los je niet af. Je maandlasten blijven laag, maar aan het einde van de looptijd moet je de hele schuld in één keer terugbetalen. Je mag deze vorm maar beperkt gebruiken, meestal alleen als je huis veel meer waard is dan je hypotheek. Dit past bij je als je genoeg spaargeld hebt, een stabiel inkomen en graag wat financiële ruimte houdt. Heb je een hoge hypotheek ten opzichte van je huiswaarde of verwacht je dat aflossen later lastig wordt? Dan is deze vorm minder geschikt.

Oudere hypotheekvormen behouden

Sommige oudere hypotheekvormen kun je onder voorwaarden behouden. Denk aan spaar- en bankspaarhypotheken, waarbij je spaart voor een vast bedrag aan het einde. Dit kan voordelig zijn als je gunstige voorwaarden hebt. Beleggings- en levenhypotheken hangen af van het resultaat en zijn interessant als je lage lasten hebt en al een mooi bedrag hebt opgebouwd. Hybride vormen combineren sparen en beleggen en laten je wisselen tussen beide. Je kunt deze alleen voortzetten als je ze al hebt. Pas je iets aan, dan kun je de voordelen kwijtraken.

Verschillende hypotheekvormen combineren

Je kunt verschillende leningdelen combineren voor meerdere doelen. Bijvoorbeeld een deel annuïtair voor zekerheid en een deel aflossingsvrij voor meer ruimte in je budget. Of een mix van lineair en aflossingsvrij als je snel wilt aflossen maar ook wat vrijheid wilt. De verdeling hangt af van wat jij belangrijk vindt: snel aflossen, stabiele lasten of meer financiële ruimte. Let op dat je niet te veel aflossingsvrij kiest als je huis nog niet veel meer waard is dan je hypotheek. Zorg ook dat de looptijden passen bij je toekomstplannen.

Belastingregels per hypotheekvorm

De belastingregels voor je hypotheek hangen af van de vorm die je kiest. Dit bepaalt of je rente mag aftrekken en wat er met je geld gebeurt. Niet alle hypotheken geven recht op dezelfde belastingvoordelen. Als je hypotheek wordt gezien als eigenwoningschuld in box 1, mag je de rente aftrekken. Het maakt ook uit of je schulden en tegoeden in box 1 of box 3 vallen, want dat bepaalt hoeveel belasting je betaalt. Ook het eigenwoningforfait en de eigenwoningreserve spelen een rol.

Wat je moet weten

Hier zijn de belangrijkste punten om op te letten bij de belastingregels rond hypotheken:

  • Sinds 2013 zijn de regels voor hypotheekrenteaftrek strenger geworden.
  • Je mag alleen rente aftrekken als je hypotheek annuïtair of lineair wordt afgelost binnen de afgesproken looptijd.
  • Het percentage waartegen je mag aftrekken, daalt elk jaar.
  • Door het eigenwoningforfait lever je een deel van je belastingvoordeel weer in, omdat je een bedrag bij je inkomen moet optellen.
  • Als je je huis met winst verkoopt, ontstaat er een eigenwoningreserve. Die beperkt hoeveel je voor je volgende huis met renteaftrek mag lenen.

Hoe werkt hypotheekrenteaftrek

Om na 2013 hypotheekrente af te trekken, moet je hypotheek aan bepaalde eisen voldoen. Je moet de lening binnen dertig jaar volledig aflossen volgens een annuïtair of lineair schema. Dit moet op papier staan en het geld moet voor je eigen huis gebruikt worden. Het eigenwoningforfait vermindert je voordeel van renteaftrek gedeeltelijk. Wat je netto overhoudt, hangt af van je aftrektarief en de hoogte van het eigenwoningforfait. Mensen met een hoger inkomen hebben vaak nog iets meer voordeel.

Wanneer is je hypotheek een eigenwoningschuld

Of je hypotheek een eigenwoningschuld is, hangt af van waarvoor je de lening gebruikt en of je volgens de regels aflost. Gebruik je de hypotheek voor je eigen huis en los je netjes af, dan valt de schuld in box 1. Voldoe je niet aan de aflossingseisen, bijvoorbeeld door te weinig af te lossen of de looptijd te overschrijden, dan verhuist (een deel van) je schuld naar box 3. Heb je een oude hypotheek met overgangsrecht, dan blijven de oude regels gelden zolang je aan de voorwaarden voldoet.

Wat gebeurt er met de overwaarde

Verkoop je je huis met winst? Dan ontstaat er een eigenwoningreserve. Dit bedrag moet je gebruiken bij de aankoop van een volgend huis. Je berekent de eigenwoningreserve door van de verkoopopbrengst de uitgaven en de resterende hypotheekschuld af te trekken. Gebruik je de overwaarde niet voor je nieuwe huis, dan mag je over dat deel van de nieuwe hypotheek geen rente aftrekken. Je moet je lening zo verdelen dat het deel dat voor renteaftrek in aanmerking komt, voldoet aan de aflossingsregels. Dit heeft invloed op je keuze voor een hypotheekvorm.

Verschil tussen box 1 en box 3

Of je hypotheekschuld en het bijbehorende geld in box 1 of box 3 vallen, verschilt per situatie. Nieuwe aflossingsvrije hypotheken komen meestal in box 3, behalve het deel dat als eigenwoningschuld geldt. Spaar- en bankspaarhypotheken die onder het overgangsrecht vallen, blijven in box 1. De bijbehorende spaarrekening of polis valt dan ook onder het eigenwoningregime. Bij beleggings-, levens- en hybride hypotheken hangt het af van het specifieke product. Geld dat niet gekoppeld is, komt in box 3 en soms verschuift de schuld dan ook naar box 3.

Maandlasten, risico’s, rente en hoeveel je kunt lenen

Dit komt er allemaal bij kijken

Wat je elke maand betaalt aan je hypotheek hangt af van een paar keuzes. Denk aan de hypotheekvorm, de hoogte van de rente, de looptijd en de verhouding tussen je lening en de waarde van je huis. Banken letten hierop om te bepalen hoeveel je kunt lenen en wat je maandlasten worden. Ze bouwen een veiligheidsmarge in, zodat je niet snel in de problemen komt als er iets verandert.

Hoe je bruto en netto lasten veranderen

Bij een annuïteitenhypotheek blijft je maandbedrag gelijk, maar in het begin betaal je vooral rente. Daardoor zijn je netto lasten eerst hoger en later lager. Je schuld daalt langzaam, maar dit gaat sneller richting het einde. Met een lineaire hypotheek begin je met hogere maandlasten die elk jaar dalen. Je schuld daalt gelijkmatig, waardoor je sneller meer financiële ruimte krijgt. Bij een aflossingsvrije hypotheek heb je de laagste maandlasten omdat je alleen rente betaalt en je schuld gelijk blijft. Als je rentevaste periode afloopt, kan je rente veranderen en dus ook je maandlasten.

Restschuld en hoe snel je aflost

Hoe snel je aflost bepaalt hoeveel ruimte je hebt als huizenprijzen dalen of als je wilt overstappen naar een andere hypotheek. Zit je boven de 90%, dan loop je meer kans op problemen. Onder de 80% krijg je vaak een lagere rente, en onder de 60% wordt het risico voor de bank klein. Met een lineaire hypotheek daalt je schuld het snelst, bij een annuïteit iets langzamer, en bij aflossingsvrij blijft je schuld gelijk. Dit heeft invloed op je mogelijkheden als je wilt verhuizen of je hypotheek wilt aanpassen.

Wat als de rente verandert

Hoe gevoelig je bent voor renteveranderingen hangt af van je hypotheekvorm en hoe lang je de rente vastzet. Banken rekenen uit wat er gebeurt als de rente ineens 2% of 4% stijgt wanneer je rente opnieuw wordt vastgesteld. Bij een aflossingsvrije hypotheek merk je zo’n stijging het meest, omdat je altijd rente betaalt over het hele bedrag. Bij een annuïteit zit je ertussenin, en bij een lineaire hypotheek wordt je restschuld steeds lager, waardoor een rentestijging minder gevolgen heeft. Banken gebruiken deze informatie om te beoordelen of je de lasten kunt blijven betalen.

Bewegingen in waarde en opbrengst

Heb je een hypotheek die gekoppeld is aan sparen of beleggen, dan kunnen veranderingen op de markt invloed hebben op je premie en wat je uiteindelijk opbouwt. Als de rente stijgt, dalen vaak de premies voor sparen. Bij beleggen of levenhypotheken kan een lager resultaat betekenen dat je minder opbouwt en misschien moet bijstorten om je schuld af te lossen. Kosten verlagen je uiteindelijke uitkomst, terwijl garanties zorgen voor meer zekerheid over het eindbedrag.

Hoe lang zet je de rente vast

Hoe lang je de rente vastzet bepaalt niet alleen wat je nu betaalt, maar ook hoeveel je maximaal kunt lenen. Je maandlast wordt berekend met de rente die hoort bij jouw gekozen periode. Voor de beoordeling kijkt de bank naar een standaardrente, die afhangt van hoe lang je de rente vastzet. Bij een korte periode kan de bank rekenen met een hogere toetsrente, bij een langere periode vaak met de werkelijke rente. Dit heeft direct invloed op hoeveel je kunt lenen.

NHG en extra rente-opslag

De verhouding tussen je lening en de waarde van je huis, en of je kiest voor Nationale Hypotheek Garantie (NHG), bepaalt welke extra rente je betaalt. Banken werken met verschillende groepen, bijvoorbeeld boven 90%, tussen 80-90%, tussen 70-80% en onder 60%. Als je meer aflost of als je huis meer waard wordt, kan je extra rente bij een nieuwe rentevaste periode omlaag. Met NHG gelden andere tarieven en voorwaarden, en er is een maximumbedrag dat elk jaar wordt aangepast.

Hoeveel mag je lenen en aflossingsvrij

Voor het aflossingsvrije deel geldt een maximum als percentage van wat je huis waard is. Het overige deel moet je aflossen via andere hypotheekvormen. Deze regels bepalen hoe je je hypotheek kunt samenstellen.

Looptijd en aflossen per hypotheekvorm

Hoe lang je hypotheek loopt heeft invloed op wat je maandelijks betaalt en of je belastingvoordeel krijgt. Meestal kies je voor een looptijd tot 30 jaar. Korter aflossen betekent hogere maandlasten, maar je bent sneller schuldenvrij. Je aflossingsschema moet passen bij de gekozen looptijd om belastingvoordeel te krijgen. Dit heeft gevolgen voor je maandlasten en je belastingpositie.

Toetsrente en hoeveel je mag uitgeven aan wonen

Hoeveel je maximaal kunt lenen wordt stap voor stap bepaald. Eerst berekent de bank je toetslast op basis van de toetsrente, hoe lang je de rente vastzet en welke hypotheekvorm je kiest. Daarna wordt gekeken welk deel van je inkomen je aan wonen mag uitgeven. Hieruit volgt je maximale lening, die je kunt verdelen over verschillende hypotheekvormen. en je keuze voor een bepaalde hypotheekvorm bepaalt hoe je maandlasten zich ontwikkelen.

Flexibel omgaan met je hypotheek

Je leven verandert, en je hypotheek kan mee veranderen. Je kunt je lening aanpassen, bijvoorbeeld door een andere hypotheekvorm te kiezen. Elke wijziging heeft invloed op je maandlasten en je belastingvoordeel. Kijk dus goed naar de gevolgen voordat je iets verandert.

Je kunt extra aflossen, overstappen naar een andere bank, je hypotheek meenemen bij verhuizing of de opbouw van je lening aanpassen. Dit wordt interessant als de rente daalt, je schuld in een lagere risicoklasse valt, of als er iets verandert in je persoonlijke situatie, zoals een nieuwe baan, gezinsuitbreiding of scheiding.

Dit kun je verwachten

Het aanpassen van je hypotheek doe je in stappen. In het begin stel je je hypotheek samen op basis van je wensen en mogelijkheden. Later kun je je lening verbeteren door bijvoorbeeld extra af te lossen of te profiteren van een lagere rente. Bij een verhuizing of aan het einde van je rentevaste periode is het slim om je tarief en opbouw opnieuw te bekijken. Dan beslis je of je wilt aflossen of verlengen.

Er zijn verschillende redenen om actie te ondernemen:

  • Een lagere marktrente kan overstappen aantrekkelijk maken.
  • Als je inkomen verandert, kan het slim zijn om je aflossingsschema aan te passen.
  • Stijgt je huiswaarde, dan kun je misschien profiteren van een lagere risicoklasse.
  • Ook veranderingen in belastingregels kunnen invloed hebben op wat voor jou de beste keuze is.

Extra aflossen op je hypotheek

Door extra af te lossen verlaag je je maandlasten en ben je sneller schuldenvrij. Dit heeft direct effect op je renteopslag, de verhouding tussen je lening en huiswaarde, en je netto maandlasten. Het is slim om eerst af te lossen op het deel waar je de meeste rente betaalt of waarmee je net in een andere risicoklasse komt. Let op het maximale bedrag dat je jaarlijks zonder kosten mag aflossen.

De volgorde waarin je aflost maakt uit voor het eindresultaat. Begin met delen zonder hypotheekrenteaftrek, ga verder met aflossingsvrije delen en eindig met het deel dat het langst loopt. Controleer altijd de afspraken in je hypotheekovereenkomst en zorg dat je niet onder het minimale bedrag per deel komt.

Oversluiten en boeterente

Overstappen naar een andere bank kan voordelig zijn als de rente lager is dan wat je nu betaalt. Kijk goed naar alle kosten, zoals de boete voor vroegtijdig aflossen en andere bijkomende kosten. Vergelijk deze met je mogelijke besparing. Belangrijke factoren zijn je resterende rentevaste periode, het verschil tussen je huidige en nieuwe rente, je risicoklasse en alle extra kosten.

Of oversluiten slim is, hangt af van hoe lang je nog vastzit aan je huidige rente en of je de kosten binnen die tijd kunt terugverdienen. Het helpt om verschillende rentescenario’s door te rekenen. Bij sommige hypotheekvormen zijn de boetes hoger dan bij andere.

Je hypotheek meenemen bij verhuizen

Ga je verhuizen? Vaak kun je je bestaande hypotheek meenemen naar je nieuwe huis, inclusief de rente en voorwaarden. Dit kan voordelig zijn, maar er zijn wel voorwaarden. Je moet nog voldoende rentevaste periode over hebben, er geldt een maximum voor het bedrag dat je mag meenemen, je hebt beperkte tijd om dit te regelen en de aanvragers moeten hetzelfde blijven.

Let op bij het combineren van je meegenomen hypotheek met nieuwe delen. Dit kan invloed hebben op de samenstelling van je lening of bepaalde voordelen. Als de waarde van je oude huis daalt, kun je in een minder gunstige risicoklasse terechtkomen.

Je hypotheek aanpassen aan je leven

Je hypotheek moet passen bij je levensfase en inkomen. Met een stabiel inkomen kun je kiezen voor meer aflossen, wat op termijn voordeliger is. Bij een wisselend inkomen is het soms beter om te kiezen voor lagere vaste lasten en meer vrijheid. Als je onzeker bent over je inkomen, kan een langere rentevaste periode en lagere vaste lasten rust geven, met de optie om extra af te lossen als het financieel beter gaat.

Hypotheekdelen combineren en aanpassen

Soms moet je de opbouw van je hypotheek aanpassen aan je doelen of de markt. Begin met het in kaart brengen van alle delen van je hypotheek. Bepaal je doel, check je fiscale positie, bereken de kosten en eventuele boetes, en voer de aanpassingen door. Leg alles goed vast.

Let op het behoud van je renteaftrek, je risicoklasse, verschillen in rentevaste periodes en je administratie. Een verkeerde aanpassing kan leiden tot verlies van belastingvoordeel of onverwachte kosten. Laat je daarom goed informeren voordat je grote wijzigingen doorvoert.

Stappenplannen voor het kiezen van een hypotheek

Een stappenplan helpt je om overzicht te houden bij het kiezen van een hypotheek. Je verzamelt eerst alle informatie die je nodig hebt, bekijkt alles rustig en maakt daarna een keuze die past bij jouw situatie. Elke stap heeft duidelijke punten waar je op let, zodat je precies weet wanneer je verder kunt of wanneer je nog iets moet uitzoeken.

Dit kun je verwachten van het stappenplan

Met deze stappenplannen maak je makkelijker keuzes over je hypotheek. Je werkt met vaste voorbeelden en duidelijke punten, zodat je verschillende opties goed kunt vergelijken. Door je keuzes op te schrijven, kun je later altijd terugzien waarom je iets hebt gekozen en dit makkelijk uitleggen aan anderen.

Zo kies je een hypotheekvorm

Een hypotheekvorm kiezen doe je in zeven stappen. Begin met je doel: hoe lang wil je in het huis blijven wonen en hoeveel risico vind je acceptabel? Kijk daarna naar je belastingsituatie en verzamel de papieren van je huidige hypotheek als je die hebt. Bereken hoeveel je kunt lenen op basis van je inkomen en de regels van nu. Vergelijk de maandlasten van verschillende hypotheekvormen en let op de rente en of je in aanmerking komt voor NHG. Kijk ook naar de risico’s, bijvoorbeeld wat er gebeurt als de rente stijgt of de waarde van je huis daalt. Controleer hoe flexibel de hypotheek is: kun je extra aflossen en kun je later eenvoudig iets aanpassen? Maak daarna je keuze en noteer waarom je hiervoor kiest.

Netto maandlasten berekenen per hypotheekvorm

Voor het berekenen van je netto maandlasten heb je deze gegevens nodig: het bedrag dat je wilt lenen, de rente, de looptijd van de hypotheek, je rentevaste periode en je belastingsituatie. Reken eerst uit wat je bruto per maand betaalt voor elke hypotheekvorm. Kijk daarna hoeveel rente je mag aftrekken en welk belastingtarief voor jou geldt. Zo weet je wat je netto betaalt in het eerste jaar. Maak ook een overzicht van hoe je maandlasten veranderen in de jaren daarna, bijvoorbeeld door aflossing of een andere rente. Controleer tot slot of alles klopt door te kijken of rente en aflossing samen het juiste totaalbedrag vormen.

Hypotheek oversluiten of aanpassen

Wil je je hypotheek oversluiten of aanpassen? Volg dan deze vijf stappen. Begin met het bekijken van je huidige situatie: hoeveel rentevaste periode heb je nog, wat kost het om eerder te stoppen en hoeveel s