Nabestaandenpensioen en hoe het geregeld is
Je kunt op twee manieren recht krijgen op zo’n uitkering. De eerste is opbouwrecht: dat bouw je op zolang je werkt. De tweede is risicodekking: die geldt alleen zolang je actief deelneemt aan de pensioenregeling. De dekking start bij overlijden en stopt als je niet meer aan de voorwaarden voldoet. Je partner en kinderen kunnen recht hebben op deze uitkering als ze aan de gestelde eisen voldoen.
Voor de ANW geldt: je krijgt alleen een uitkering als je aan de wettelijke eisen voldoet. Bijvoorbeeld als je een jong kind hebt of minstens 45% arbeidsongeschikt bent. Het aanvullend pensioen bestaat uit partnerpensioen (voor je partner, levenslang of tijdelijk) en wezenpensioen (per kind). De precieze regels staan in het reglement of de polis. De uitkering begint bij overlijden en stopt bijvoorbeeld als je partner de AOW-leeftijd bereikt, hertrouwt, gaat samenwonen of als je kinderen een bepaalde leeftijd bereiken. Je moet je partner aanmelden volgens de regels van het pensioenfonds. Zonder registratie heb je vaak geen recht.
Dit valt eronder
Je krijgt rechten door deel te nemen aan een pensioenregeling, je partner aan te melden en aan de ANW-criteria te voldoen. Belangrijke momenten zijn overlijden tijdens of na je dienstverband, partnerregistratie vóór overlijden en ANW-toegang via een kind, leeftijd of arbeidsongeschiktheid. Je mag verschillende uitkeringen combineren, maar .
Welke onderwerpen horen hierbij
Er zijn verschillende thema’s die hierbij horen:
- Wat valt er precies onder nabestaandenpensioen?
- Wanneer krijg je ANW en wanneer stopt het?
- Hoe werkt de dekking via een fonds of verzekeraar?
- Welke uitkeringsvormen zijn er en hoe lang duren ze?
- Hoe wordt het bedrag berekend?
- Wat zijn de regels voor wezenpensioen?
- Hoe werkt het genderneutraal?
- Kun je ouderdomspensioen ruilen voor partnerpensioen?
Elk onderwerp behandelt een deel: van het doel en de bron van rechten tot de rekenregels en keuzemomenten. Bijvoorbeeld: hoe werkt de ANW, hoe bepaal je of je partner recht heeft, hoe zit het met de leeftijd van kinderen en wat gebeurt er als je kiest voor uitruil?
Wat houdt nabestaandenpensioen in
Het idee is eenvoudig: nabestaandenpensioen zorgt ervoor dat je partner en kinderen na jouw overlijden niet zonder inkomen zitten. Je partner krijgt een aanvulling op het inkomen, je kinderen ontvangen een eigen uitkering.
Het minimum is de ANW, maar die is niet voor iedereen en hangt af van je situatie. Daarnaast kun je via je werk of zelf een aanvullend partner- en wezenpensioen regelen. Hoeveel en hoe lang, staat vast in het reglement. Partnerpensioen is voor het levensonderhoud van je partner, wezenpensioen is per kind en staat los van het inkomen van je partner.
Wat je krijgt als nabestaande
Hier zie je in één oogopslag welke uitkeringen er zijn en wat de voorwaarden zijn:
| Uitkering |
Voor wie |
Bron |
Voorwaarden |
Stopmomenten |
| ANW |
Partner |
SVB |
Wettelijke criteria |
AOW, hertrouwen, samenwonen, kind 18 |
| Partnerpensioen |
Partner |
Pensioenfonds |
Reglement, registratie |
Reglement, evt. relatie |
| Wezenpensioen |
Kind(eren) |
Pensioenfonds |
Leeftijd, studie, reglement |
Leeftijdsgrens, studie stopt |
Voor partners: de ANW ontvang je alleen als je aan de wettelijke eisen voldoet en . Partnerpensioen hangt af van het reglement, kan levenslang of tijdelijk zijn en start bij overlijden. Voor kinderen: wezenpensioen is per kind, en stopt als het kind een bepaalde leeftijd bereikt of niet meer studeert. ANW stopt bij bepaalde gebeurtenissen, aanvullend pensioen volgt vaste regels en .
ANW: regels, hoogte, samenloop met inkomen of AOW, wanneer stopt het
- Je krijgt ANW als je een jong kind hebt of minstens 45% arbeidsongeschikt bent. Je mag niet samenwonen of hertrouwd zijn als dat het recht uitsluit.
- De hoogte is een vast bedrag, soms met toeslag voor kinderen, maar .
- AOW vervangt de ANW als je die leeftijd bereikt.
- De uitkering stopt als je jongste kind 18 wordt, je weer kunt werken, je gaat samenwonen of hertrouwen, je AOW krijgt of als je overlijdt.
- Je vraagt de ANW aan bij de SVB en moet wijzigingen altijd doorgeven.
Hoe werkt de ANW in de praktijk
- De ANW wordt berekend: normbedrag plus toeslag, min inkomen boven de vrijstelling.
- Je krijgt toegang als je overlijdt én aan de criteria voldoet (kind of arbeidsongeschiktheid) én geen relatievorm hebt die het recht uitsluit.
Partnerpensioen via pensioenfonds of verzekeraar: opbouw en risico, dienstverband, partnerregistratie
- Er zijn twee soorten dekking: opbouw (blijft staan, ook na uitdienst) en risico (alleen tijdens dienstverband).
- Of je nog werkt of niet, bepaalt welke dekking geldt.
- Je krijgt recht als je meedoet én je partner voldoet aan de eisen.
- Risicodekking stopt bij uitdienst, tenzij je het premievrij voortzet. Opbouw blijft staan.
- De partnerdefinitie kan streng zijn: soms moet je een notarieel contract, gezamenlijke inschrijving of partnerverklaring hebben.
Hoe bepaal je of je partnerpensioen krijgt
Hier zie je in een tabel hoe het werkt:
| Status |
Dekking |
Partner geregistreerd |
Recht op uitkering |
| Actief |
Risico |
Ja |
Ja |
| Actief |
Opbouw |
Ja |
Ja |
| Uitdienst |
Risico |
– |
Nee |
| Uitdienst |
Opbouw |
Ja |
Ja |
- Check: ben je actief of uit dienst, heb je opbouw of risico, is je partner geregistreerd?
- Actief + risicodekking + partner geregistreerd = recht. Actief + opbouw + partner geregistreerd = recht. Uitdienst + risicodekking = geen recht. Uitdienst + opbouw = recht op basis van wat je hebt opgebouwd.
- Verandert je partnerstatus (bijvoorbeeld door scheiding of nieuwe partner), dan geldt het reglement en de datum van registratie.
Hoe hoog is het partnerpensioen en welke vormen zijn er
- Je kunt kiezen voor levenslang partnerpensioen, tijdelijk nabestaandenpensioen tot een bepaalde leeftijd, of een combinatie (hoog-laag).
- Je maakt deze keuzes meestal bij pensionering of overlijden, volgens het reglement.
Hoe wordt de hoogte bepaald: percentage, franchise, DB of DC, tijdelijk of levenslang, wanneer stopt het
- Bij een uitkeringsovereenkomst (DB) telt het opbouwpercentage en de franchise. Bij een premieregeling (DC) wordt het opgebouwde kapitaal omgerekend naar een uitkering.
- Belangrijke factoren zijn: opbouwpercentage, franchise, dienstjaren, conversiefactoren, pensioendatum en of het tijdelijk of levenslang is.
- Het pensioen kan stoppen bij samenwonen of hertrouwen, vooral bij tijdelijke varianten. Levenslang stopt meestal niet, tenzij het reglement dat zegt.
- Kies je voor tijdelijk, dan is het bedrag per jaar hoger, maar stopt het eerder.
Hoe werkt de berekening en wanneer stopt het
- De duur bepaalt hoeveel je per maand krijgt.
- Voorbeelden: een hogere franchise betekent een lagere grondslag. Een latere pensioendatum kan gunstig zijn voor de hoogte. Een hogere leeftijdsfactor geeft een hogere uitkering bij DC. Een langere uitkeringsduur betekent een lager maandbedrag.
Wezenpensioen: wie krijgt het en hoe lang
- Kinderen van de overledene hebben recht op wezenpensioen. Dit is per kind en . Het wordt en stopt als het kind een bepaalde leeftijd bereikt of niet meer studeert.
- Het geldt voor eigen, erkende of geadopteerde kinderen. Soms ook voor pleegkinderen, als het reglement dat bepaalt.
- Het loopt tot een vaste leeftijd, soms langer bij studie of arbeidsongeschiktheid.
- De hoogte is een percentage van de grondslag per kind. Bij volle wees is het vaak dubbel.
- Je moet het kind inschrijven of erkennen voor de administratie.
Hoe werkt het wezenpensioen precies
- Dit wordt gecontroleerd via de BRP of erkenningsakten.
- Het loopt tot 18, 21 of 27 jaar, afhankelijk van studie of arbeidsongeschiktheid. Je moet dit kunnen aantonen.
Van weduwenpensioen naar partnerpensioen: wat is er veranderd
- De regels zijn nu genderneutraal. Partnerpensioen heeft het oude weduwenpensioen vervangen.
- Rechten zijn gekoppeld aan partnerschap en de regels van het fonds, niet meer aan geslacht.
- Iedereen wordt gelijk behandeld, ongeacht de samenstelling van het gezin. De regels zijn nu voor iedereen hetzelfde.
Wat betekent de overgang naar partnerpensioen
- De overgang betekent: van een recht alleen voor weduwen naar een recht voor alle partners.
- De voorwaarden zijn nu gelijk voor iedereen. Oude rechten blijven gelden via overgangsrecht, nieuwe rechten zijn uniform.
Ouderdomspensioen ruilen voor partnerpensioen: hoe werkt dat
- Je kunt kiezen om meer partnerpensioen te regelen door een deel van je eigen ouderdomspensioen te ruilen, of andersom. Dit heet actuariële ruil.
- Je maakt deze keuze bij pensionering, soms bij scheiding of als je partnerstatus verandert.
- Je partner moet vaak instemmen. De verhouding hangt af van tarieven en leeftijden.
Wat gebeurt er als je ruilt tussen ouderdoms- en partnerpensioen
- Je verdeelt het pensioen tussen je eigen inkomen en de dekking voor je partner.
- Meer partnerpensioen betekent minder eigen pensioen, en andersom. Minder partnerpensioen geeft je zelf meer, maar je partner loopt meer risico.
- Na de ruil liggen de rechten vast.
Wat je relatiestatus betekent voor je pensioen
Je relatiestatus heeft invloed op je pensioen. Was je eerder getrouwd? Dan kan je ex-partner recht hebben op een deel van je partnerpensioen. Bij een scheiding wordt het pensioen verdeeld over de periode dat jullie samen waren. Kinderen hebben altijd recht op wezenpensioen, of je nu een partner hebt of niet.
Voor elke situatie gelden andere regels en heb je verschillende papieren nodig. Een ex-partner kan recht hebben op een deel van het partnerpensioen over de periode dat jullie samen waren. In het pensioenreglement staat precies wie waar recht op heeft.
Je partner aanmelden als je samen bent
Ga je trouwen of een geregistreerd partnerschap aan? Dan krijgt het pensioenfonds dit meestal automatisch door. Woon je samen, dan moet je meer regelen en extra bewijzen aanleveren. Het is belangrijk om je partner op tijd aan te melden bij het pensioenfonds.
Wat gebeurt er met je pensioen als je uit elkaar gaat
Na een scheiding kan het pensioen worden verdeeld of omgezet in een apart recht voor je ex-partner. Dit heeft gevolgen voor wat je huidige partner later krijgt.
Je ex kan recht hebben op een deel van het partnerpensioen over de periode dat jullie samen waren. Dit staat in het pensioenreglement en in de afspraken die jullie bij de scheiding hebben gemaakt.
Hoe het pensioen wordt verdeeld, hangt af van wanneer jullie zijn gescheiden en hoe lang jullie samen waren tijdens je loopbaan. Soms krijgt de ex-partner voorrang op een deel van het partnerpensioen. Deze afspraken leg je vast in het scheidingsconvenant en moeten op tijd worden doorgegeven aan de pensioenuitvoerder.
Na een scheiding: wat moet je regelen voor je pensioen en hypotheek?
Na een scheiding verandert je partnerstatus en worden pensioenrechten verdeeld. Dit heeft invloed op je dekking en op hoeveel je kunt lenen voor een hypotheek.
Geef wijzigingen door aan de pensioenuitvoerder, laat het bijzondere partnerpensioen verwerken en werk je partnerregistratie bij. Voor je hypotheek betekent dit dat je opnieuw moet kijken naar hoeveel je kunt lenen, nu op basis van alleen jouw inkomen en de veranderde dekking bij overlijden.
Na een scheiding moet je een aantal dingen regelen: je past je partnergegevens aan, stuurt de scheidingspapieren naar de pensioenuitvoerder, bekijkt je overlijdensrisicoverzekering opnieuw en informeert je hypotheekverstrekker als dat nodig is. Je financiële ruimte wordt opnieuw berekend op basis van je nieuwe situatie.