Wat je moet weten over de woonquote
Hoe werkt de woonquote?
Stel, je wilt een huis kopen en vraagt je af hoeveel je maximaal kunt lenen. Dan speelt de woonquote een belangrijke rol. Dit is het percentage van je inkomen dat bepaalt hoeveel je verantwoord aan hypotheeklasten mag besteden. Zie het als een veiligheidsgrens: je mag niet meer lenen dan volgens deze norm verantwoord is.
Banken hanteren deze woonquote als vaste regel. Zo voorkomen ze dat je in de problemen komt met je maandlasten. De berekening is eenvoudig: je hypotheeklasten mogen niet hoger zijn dan de woonquote vermenigvuldigd met je inkomen. Zo ben je beschermd tegen te hoge lasten en weet je zeker dat je niet meer uitgeeft dan verstandig is. Alle banken gebruiken dezelfde regels, waardoor je overal gelijk wordt behandeld.
Verschil tussen woonquote en woonlasten
Woonquote |
Woonlasten |
Maximaal percentage |
Maandelijkse uitgaven |
Bepaalt leencapaciteit |
Rente, aflossing, kosten |
Norm voor banken |
Wat je echt betaalt |
De woonquote is het percentage dat bepaalt wat je maximaal mag lenen. Het is geen uitgave, maar een grens. Je woonlasten zijn de bedragen die je maandelijks daadwerkelijk betaalt: rente, aflossing en verplichte kosten. De bank controleert bij je hypotheekaanvraag of je berekende woonlasten binnen de woonquote passen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de “bruto toetslast” (het bedrag waarmee de bank rekent) en je “werkelijke maandlast” (het bedrag dat van je rekening wordt afgeschreven). De woonquote bepaalt je mogelijkheden; je woonlasten zijn het gevolg van de hypotheek die je kiest.
De woonquote en de regels van het Nibud
De woonquote is niet willekeurig vastgesteld. Elk jaar onderzoekt het Nibud wat mensen verantwoord kunnen betalen. Op basis hiervan worden de regels vastgelegd in de Regeling hypothecair krediet. In deze regeling staan tabellen met percentages voor verschillende situaties. Jouw woonquote hangt af van je inkomen, je woonsituatie, leeftijd en het energielabel van je huis. De bank kijkt naar jouw situatie en bepaalt zo welk percentage voor jou geldt.
Hoe banken omgaan met de woonquote bij je hypotheek
- Ze bekijken jouw situatie en zoeken het juiste percentage op in de tabellen.
- Ze berekenen je hypotheeklasten volgens vaste regels.
- Ze vergelijken deze lasten met het maximale bedrag dat je volgens de woonquote mag betalen.
- Op basis hiervan beslissen ze: goedkeuring, aanpassing van de voorwaarden (zoals minder lenen of een kortere rentevaste periode), of afwijzing.
- In bijzondere gevallen mogen banken afwijken van de woonquote, maar dan moeten ze dit goed motiveren en extra controles uitvoeren.
Hoe wordt het berekend?
De manier van rekenen: wat telt mee bij je inkomen en woonlasten
De woonquote bestaat uit twee onderdelen: je toetsinkomen en je toetslast. Zo controleert de bank of je woonlasten passen bij je inkomen. Alleen vaste en betrouwbare inkomsten tellen mee voor je toetsinkomen. Je toetslast bestaat uit alle verplichte woonuitgaven, zoals rente, aflossing en vaste lasten. De regel is duidelijk: je toetslast mag niet hoger zijn dan een bepaald percentage van je toetsinkomen. Hierop zijn geen uitzonderingen.
Wat telt mee als inkomen?
- Je basissalaris
- Vaste toeslagen uit je cao of contract
- Gegarandeerde 13e maand
- Variabele inkomsten zoals provisie of bonussen (maar alleen als je die meerdere jaren hebt ontvangen en kunt aantonen met jaaropgaven en loonstroken)
- Bij een tweede inkomen geldt een wettelijke weging en moet je bewijsstukken aanleveren, zoals arbeidscontracten en inkomensverklaringen
- Tijdelijke toeslagen of eenmalige bonussen zonder historie tellen niet mee
Welke woonlasten worden meegenomen?
In je toetslast worden alleen vaste en verplichte uitgaven voor je woning meegenomen. Denk aan de bruto rente en verplichte aflossing van je hypotheek, ongeacht de aflosvorm. Staat je huis op erfpacht? Dan telt de erfpachtcanon mee. Koop je een appartement, dan wordt de verplichte VvE-bijdrage meegerekend. Verzekeringen zoals overlijdensrisico en opstal tellen alleen mee als de bank deze verplicht stelt. Alleen structurele en contractueel verplichte uitgaven worden meegenomen; vrijwillige of incidentele uitgaven niet.
Bruto en netto woonlasten: wat is het verschil?
Bruto woonlasten |
Netto woonlasten |
Zonder belastingvoordeel |
Na belastingvoordeel |
Voor toetsing gebruikt |
Wat je echt betaalt |
Hoger bedrag |
Lager bedrag |
De bank rekent altijd met de bruto toetslast, dus zonder belastingvoordeel. Door hypotheekrenteaftrek betaal je netto vaak minder, maar dat wordt niet meegenomen bij de beoordeling. Het kan dus voorkomen dat je een hypotheek die je netto makkelijk kunt betalen, toch niet krijgt omdat de bruto toetslast te hoog is. Fiscale voordelen tellen niet mee in de toetsing.
Welke rente wordt gebruikt bij de berekening?
De rente waarmee de bank rekent, kan afwijken van de rente die je daadwerkelijk gaat betalen. Kies je voor een korte rentevaste periode, dan gebruikt de bank vaak een hogere toetsrente om rekening te houden met mogelijke rentestijgingen. Bij een langere rentevaste periode wordt meestal je werkelijke contractrente gebruikt, tenzij deze lager is dan het vastgestelde minimum. Een hogere toetsrente betekent hogere woonlasten in de berekening, waardoor je minder kunt lenen. De toetsrente wordt vastgesteld op het moment van je aanvraag, volgens de dan geldende regels.